Een bootje vertrekt vanop de kust
op weg naar de volle zee.
Het kent geen rust,
de wind sleurt het overal mee.
Soms dobbert het stilletjes, eenzaam, alleen
geen golfje te bespeuren, harmonie om zich heen.
Soms zijn er grote stormen,
maar steeds houdt het bootje stand,
volgens zijn eigen normen.
Want het heeft een doel
het trotseert orkanen, hitte en kou.
Het is op zoek naar het gevoel,
wanneer je kan zeggen, "ik hou van jou".
Op een dag zal het bootje het gevoel vinden
en dan zal het zich met de golven binden.
Dan heerst er weer rust;
klaar op weg weer naar de kust.